Hendrik De Badts, onderpastoor te Heule, beschrijft aan Guido Gezelle hoe goed Camille Lateur en zijn echtgenote Louise Gezelle, de zus van Guido, het hebben na hun verhuis naar Leiaarde, net buiten Heule. Hij wenst dat Guido’s vader, nu hij stopt met werken, ook naar Heule zal verhuizen, beter dan in Brugge te wonen. Over ex-pastoor Jacobus Vandenberghe wil hij nog kwijt dat hij gierig is, en dat van hem weinig hulp te verwachten valt.