Gezelle was gebiologeerd door taal. Overal waar hij kwam, verzamelde hij volks- en taalkundig materiaal, tot zelfs in de biechtstoel toe.
Gezelle verzamelde zelf obsessief woorden, klanken en zinnen. Hij had ook een zeer uitgebreid netwerk van “zanters” die hem onvermoeibaar taalvondsten opstuurden. Hij noteerde de afzonderlijke woorden op papiertjes van dezelfde afmeting. Zijn secretaresse Cordelia Van De Wiele was hierbij een grote hulp. Maar iedereen die op bezoek kwam werd onverbiddelijk aan het werk gezet, zoals blijkt uit onderstaande getuigenis van Caesar Gezelle.
“Al zijn duizenden woordbriefjes moest ik ABC-wijze schikken, dan twee pakken briefjes, die geschikt lagen, elk op zijn eigen, weer door malkaar werken, dan weer twee grooter stapels en zoo voort, ‘t was zonder einde of uitzicht; dwangarbeid! Ik wist natuurlijk niet wat een verholen schat er stak in al die onnoozele papierkens, elk met een woord beschreven en een paar krabbels uitleg; ik schikte ze, en mijn zuster ook, wanneer ze bij toeval te Kortrijk was, en we deden ‘t alle twee evenzeer tegen onzen zin.”
“We mochten er zelfs geen liedje bij neuriën, noch ik een deuntje fluiten - en ‘k fluitte zoo drommels gaarne- of daar werd op ‘t venster geklopt, dat we te zwijgen hadden: dat verstonden we zeer goed; ofwel Nooms hoogsteigen gestalte kwam donker en dreigend in het deurgat staan, en dat verstonden wij nog veel beter.”
Zo ontstond zijn “Woordentas”: 50 dozen met ongeveer 150.000 taalkundige fiches. Het woord “tas” verwijst naar hoop, berg. De fiches zijn het resultaat van Gezelles droom om ooit een woordenboek van de Vlaamse taal te publiceren. De “Woordentas” was van 1961 tot 1999 in bruikleen te Leiden voor de samenstelling van het Woordenboek der Nederlandse Taal.
Daarnaast legde Gezelle ook verzamelingen aan met spreuken en gezegden, sprookjes, legendes, liederen, kinderrijmpjes en stapels taalkundige fiches met verklaringen van woorden of taalvergelijkende notities. Maak kennis met zijn verzamelwoede. Gezelle noteerde woorden op werkelijk alle mogelijke dragers en voorwerpen, zoals deze 52 speelkaarten met taalkundige notities.