Torhout 18.08.1838 - Koekelare 17.07.1913
“Wat een wondere natuur! Een aloverborrelende, een scherpe, een fijne geest, met schetterend, schitterend, zot woord, dat studenten en professors verblufte en schokken deed; en daaronder, half gedoken, een diepdenkend verstand, eene diepgevoelende ziel, Gods schoonheid omvattend en invattend, het schoone verbeeldend, zoo wonderlijk en zangerig.”
“Hij en dicht geen onvatbaren rook, geen uitgedunden, weeken waterdamp, maar klinkend metaal, deunende en deugende klokspijze, echt vlaamsche verruwprachtige verneembaarheid. Zijne tale en is geen ongesproken en onspreekbaar boekendietsch, geen bot, geen ongezuiverd stratenbargoensch, maar oorspronkelijk edel, of onder zijne kunstige penne, edelwordend vlaamsch.”
Hier kan je de digitale beelden van de brieven vinden samen met de volledige doorzoekbare tekst. De brieven zijn verrijkt met biografische en contextuele informatie.