Gerrit Jan Boekenoogen studeerde onder J. Verdam Nederlandse taal-en letterkunde aan de universiteiten van Amsterdam en Leiden en promoveerde in 1896 cum laude op een dissertatie over de Zaanse volkstaal. Hij was als redacteur voltijds verbonden aan het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) en hield zich daarnaast vooral bezig met de studie van sprookjes, rijmpjes, oude raadsels, volksboeken en volksliedjes. Hij was buitenlands erelid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde van 12.06.1900 tot 26.08.1930. Hij correspondeerde met Guido Gezelle o.m. over de oorsprong van zijn naam en vlinders.
Brief van G.J. Boekenoogen aan Guido Gezelle van 02.03.1891.
Notities over vlinders van G. J. Boekenoogen voor Gezelle. Ze werden samen met een verzameling alfabetische taalkundige notities door Guido Gezelle bewaard onder de rubriek "papilio".
De verzameling alfabetische taalkundige notities werd door Guido Gezelle samen bewaard met brieven en artikels in een boekenkaftje onder de rubriek "papilio".
Online editie van de brieven
Hier kan je de digitale beelden van de brieven vinden samen met de volledige doorzoekbare tekst. De brieven zijn verrijkt met biografische en contextuele informatie.
Uw browser voldoet niet aan de minimale vereisten om deze website te bekijken. Onderstaande browsers zijn compatibel. Mocht je geen van deze browsers hebben, klik dan op het icoontje om de gewenste browser te downloaden.
Deze website maakt gebruik van cookies. De cookies van Google Analytics zijn volledig geanonimiseerd en daarom plaatsen we die zonder toestemming. Lees hier meer over onze privacy politiek.